Lazaristen in Nederland
Het seminarie
De vestiging van de Lazaristen bannelingen uit Frankrijk, was een groot succes. Het seminarie Wernhoutsburg kreeg een goede naam. Het was internationaal en missionair. Dat de geest Frans was en de gebruikstaal eveneens, bleek geen probleem. De toeloop was groot tot aan de Eerste Wereldoorlog. De buitenlandse studenten werden toen opgeroepen voor de militaire dienst van hun land. De Nederlanders bleven over, dankzij onze neutraliteit.
Het seminarie werd gesloten, maar het verlangen dat het voortgang zou vinden, was zo groot dat het spoedig heropend werd. Een groot probleem werd het uitvallen van financiële middelen. Toch zette men door en het seminarie bleef bestaan tot 1967 toen bijna alle seminaries, ondanks hun erkenning door de overheid, financieel onafhankelijk waren geworden. De echte priester-studenten waren sterk verminderd zodat deze instituten van opleiding langzaam maar zeker werden gestopt.
De Nederlandse Provincie
De provincie had inmiddels haar eigen weg gevonden. Vanaf het begin bestond een sterke aandacht voor de buitenlandse missie. Zeker een gelukkige aansluiting bij de sterke missionaire aandacht van een in vrijheid opbloeiende Nederlandse kerk.
Volgens de leidraad van St Vincent: “Evangelizare pauperibus, misit me”, “De Heer heeft mij gezonden om aan de armen de blijde boodschap te brengen”, dacht men aan de opleiding van goede priesters die dit werk konden doen. Tegelijk aan parochies waar juist armen en verlatenen woonden zoals in Vincents tijd op het platte land van Frankrijk.
Alvorens er sprake was van een sterke Nederlandse organisatie werd men gevraagd een missie in China over te nemen. Vervolgens kreeg men in 1918 een uitnodiging in Bolivia een seminarie aan te nemen. Het bleek geen succes. In 1927 werd deze missie beëindigd.
Nieuwe opgaven volgden: Fortaleza en Indonesië. In de landen van Centraal Amerika waren, nog door Frankijk gezonden, verschillende Nederlanders werkzaam: in parochies, volksmissies en seminaries, met het gebruikelijke sociale werk.
In 1915 kreeg pastoor Thijssen van Susteren toestemming van de bisschop van Roermond contact op te nemen met de Lazaristen om een parochie te stichten vanwege de te verwachten spoorwegarbeiders van een groot spooremplacement voor de kolenmijnen.
Willem Meuffels ging aan het werk en met steun van Parijs en Nederlandse weldoeners werd de kerk van O.L. Vrouw gebouwd op Mariaveld. Op 8 december 1917 werd de parochie gesticht.
De parochie is tevens een centrum van verering geworden van O.L.Vrouw van de Wonderdadige Medaille van de Rue du Bac in Parijs, de plaats waar Maria verscheen aan de eenvoudige zuster Catherine Labouré, uit het verre Bourgondië. De plaats van de verschijningen is een druk bezocht heiligdom in de stad, onder andere voor de veel vluchtelingen en migranten.
In Susteren was het vooral Theo Terhorst die vele pelgrimstochten naar Parijs verzorgde. Uit die grote kennissenkring ontstond een “telefoonparochie”.
De Lazaristen waren zeer actief in Zuid Limburg in Nieuw Einde (Heerlen) en Rumpen (Brunssum), bij de opvang van nieuwe mijnwerkers en hun scholing. Zij namen deel aan de activiteiten voor de arbeiders en hun behoud in een katholiek milieu door met name het werk van Joseph Colsen (1883-1982) uit Zeeuws Vlaanderen, die nauw samenwerkte met Mgr. Henri Poels.
De Dochters der Liefde hadden de zorg over enkele Gezellenhuizen in Lindenheuvel en Brunssum en de zorg voor bejaarden en zieken.
Men bereidde het werk uit met activiteiten voor de opleiding van jonge mijnwerkers, in ziekenhuizen en onder woonwagenbewoners en oorlogsdelinquenten.
De pastorale activiteiten in Zuid Limburg kregen hun voortgang in latere tijd door de aanname van drie parochies in Lindenheuvel/Geleen en een begin van industriepastoraat door Frans Dusée bij Philips Sittard.
Toen in Nijmegen de Katholieke Universiteit werd opgericht, trachtten vele orden en congregaties in die stad een vestiging te krijgen vanwege hun eventuele studenten. Het bisdom ’s Hertogenbosch was niet zo gelukkig met deze toeloop. Men kreeg wel toestemming, als men zich niet met de pastoraal bemoeide.
De Lazaristen openden in 1929 een huis aan de Ubbergseweg. Een oud hotel werd verbouwd en kreeg de naam Studiehuis St. Vincentius.
Generale Overste F. Verdier had op 19 maart 1921 de Nederlandse Provincie van de Congregatie der Missie opgericht. Met als toegewezen missiegebieden Yungpingfu in China en Bolivia.
Henri Romans werd benoemd tot de eerste provinciaal. Hij was de eerste Nederlandse student in Wernhoutsburg geweest.
Hij begon de nieuwe provincie te “vernederlandsen”. Het Nederlands werd de voertaal, gebeden werden uit het Frans vertaald .
In dezelfde periode werden de missiewerken over de wereld uitgebreid. Hier leest u meer over bij Nederlandse Lazaristen in andere landen.